Kerriekruid
Geurkruid
Deze plant uit zuidelijk Europa, het Italiaanse zonnegoud, is een betrekkelijk nieuwe toevoeging aan de kruidenlijst. Voor ons, de planters van de Oegstgeester kruidentuin, was hij een verrassing toen de eerste aankopen binnen kwamen.De voornaamste attractie van de kerrieplant (Helichrysum italicum) ligt in het intense zilver van de altijd groene bladeren, stond in een van de beschrijvingen, altijd zilver dus, het hele jaar door, staat hij erg leuk, maar wat doen we er mee?
Met kerrie heeft de plant helemaal niks te maken, dat wisten we wel, maar het is net als lavendel, meer een geurkruid. Het blad ruikt heerlijk kerrieachtig. Hij blijft laag zo’n 40 centimeter, past dus goed bij de rest, in het najaar krijgt hij mosterdgele bloempjes.
Het is een Composiet, net als de paardenbloem en de madelief en de bloempjes lijken daar dus een beetje op, veel bloempjes in een soort scherm en ze ruiken ook erg naar kerrie en blijven zelfs bij flinke vorst nog mooi.Geplukt blijft de kleur lang mooi en zijn ze heel geschikt in droogboeketjes. Het is een vaste plant, uit het Middellandse Zeegebied van droge, zanderige en rotsige grond, dus als hij setteld in onze tuin zonder rotsen, blijft hij hopelijk wat jaren staan.
Niet om te eten
Ik ging op zoek en vond dat in Nederland de plant voornamelijk wordt gebruikt vanwege de olie uit de bloesem voor medicinale toepassingen, maar voor ons is dat dus niet zo nuttig. Verscheidene meldingen gaan over het gebruik in de keuken, maar niet om te eten! Een samengebonden bosje takjes kan meegekookt in soepen of stoofpotten maar moet verwijderd worden voor het opdienen, omdat je er maagklachten van krijgt als je het eet.
Vis gestoomd in wijn met kruiden en kerrieplantblad, dat verwijderd wordt voor het eten, was volgens een van de internetrecepten erg lekker. Ik heb het nog niet geprobeerd. Waarschijnlijk moeten we gewoon elke keer als we in de tuin zijn er even flink langs wrijven, zodat iedereen die langs komt denkt: ‘HÈ, wat een lekker luchtje, h·, de kruidentuin!