Oud-Poelgeest

Vanaf knooppunt 04, lengte 1,10 km

Vanaf knooppunt 13, lengte 0,95 km

De paden van het landgoed zijn niet verhard maar in het algemeen goed begaanbaar, ook met een kinderwagen. Voor rolstoelen zijn ze minder geschikt.

In het koetshuis is een café en restaurant.

Al in de Middeleeuwen stond er langs de Mare, die nu de Haarlemmertrekvaart heet, een Thuijs te Poelgheest. Het was waarschijnlijk een versterkte boerderij die geleidelijk een versterkte burcht werd.

Het huidige kasteel, eigenlijk een buitenplaats, staat op een andere plek en kwam pas na de tachtigjarige oorlog tot stand. Zowel de gebouwen als de omgeving werden verschillende keren drastisch herbouwd en heringericht.

Freek Lugt is de schrijver van een rijk geïllustreerd en goed gedocumenteerd boek van 207 bladzijden. Het kwam uit in 2014  met de titel Oud-Poelgeest. Van middeleeuws kasteel tot rustpunt in de Randstad. Er is van dit boek ook een digitale versie beschikbaar. Die bevat de gehele tekst en de referenties. De illustraties en de meeste kaderteksten ontbreken in die versie.

De Haarlemmertrekvaart grenst aan het noordoosten van het park van Oud-Poelgeest en werd vroeger door bewoners en bezoekers van het kasteel gebruikt als toegangsweg. Enkele jaren geleden werd bij het kasteel weer een aanlegsteiger gebouwd. Meer informatie vindt u via deze link naar het ommetje langs de waterwegen van Oegstgeest.

Herman Boerhaave ,de wereldberoemde hoogleraar geneeskunde van  de Universiteit van Leiden kocht de hofstede Huijs te Poelgeest in 1724.  Zijn familie heeft het 110 jaar in bezit gehad.

Dit boek van Margreet Wesseling verscheen in 2019

Hij gebruikte het huis als zomerverblijf. De rest van het jaar woonde hij aan het Rapenburg in Leiden. De tuin richtte hij in als bomen- en kruidentuin met zaden, stekken en zaailingen die hij van zijn vele vrienden in de wereld kreeg. Maar weinig van de door Boerhaave geplante bomen staan er nog: de meeste vielen ten prooi aan ouderdom, herinrichting door latere bewoners en het kappen voor brandhout in de oorlog.

Stinsenplant komt van het Friese woord “stins” dat stenen huis betekent. Vanaf het einde van de achttiende eeuw werden voorjaarsbloemen,  die eigenlijk vooral in Zuid-Europa thuishoren, rond voorname huizen,  kastelen en buitenplaatsen geplant. De bekendste zijn vroegbloeiende bolgewassen als sneeuwklokjes en krokussen en wat later anemonen en boshyacinten.

Stinsenplanten: boshyacint en daslook

Meer dan 30 soorten worden tot de stinsenplanten gerekend.

Pentekening op papier 280 x 380 mm, die Jan Wolkers in 1945 maakte. Teylers Museum Haarlem

Jan Wolkers heeft een lange geschiedenis met het landgoed. Zijn vader werkte er vóór de Tweede Wereldoorlog en niet voor niets heet de hoofdpersoon uit Kort Amerikaans Erik van Poelgeest. Ook in andere boeken komt het landgoed herhaaldelijk voor.

In de laatste jaren van de oorlog maakte hij er verschillende tekeningen en aquarellen onder andere van een eik net buiten het landgoed langs de ijsbaan. Deze boom staat er nog steeds en is goed te herkennen van de tekening.

De “Wolkerseik” in 2013. Rechts het clubgebouwtje van de IJsclub Oegstgeest dat ook door de Stichting Milieu Educatiecentrum Oegstgeest wordt gebruikt.